minderbroeder
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: minderbroeder (hulp, bestand)
- IPA: /ˈmɪndərˌbrudər/
Woordafbreking
- min·der·broe·der
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘franciscaan’ voor het eerst aangetroffen in 1265 [1]
- samenstelling van minder en broeder
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | minderbroeder | minderbroeders |
verkleinwoord | minderbroedertje | minderbroedertjes |
Zelfstandig naamwoord
de minderbroeder m
- (religie) lid van de franciscanenorde of van de orde der capucijnen
Vertalingen
1. lid van de franciscanenorde
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord minderbroeder staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.