• de·mo·niem
  • Samenstelling van het Oudgriekse δῆμος ("volk") en ὄνυμα ("naam"), waarschijnlijk een in 1997 bedacht neologisme.
enkelvoud meervoud
naamwoord demoniem demoniemen
verkleinwoord demoniempje demoniempjes

het demoniemo

  1. een naamwoord dat betrekking heeft op een land of volk
    • "Tsjadisch" is een bijvoeglijk demoniem van het land Tsjaad.