Naar inhoud springen

Manfred II Olderik van Turijn

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Manfred II Olderik van Turijn, ook Manfred Ulric (ca. 980 - 1034/1035), was markgraaf van Turijn en een van de rijkste en machtigste edelen in het noorden van Italië.

Manfred volgde zijn vader in het jaar 1000 op als markgraaf van Turijn en graaf van Susa, Auriate, Asti, Bredulo, Tortona, Piacenza, Fidenza, Parma en Vercelli. Hij voerde een actieve politiek om zijn macht en bezit uit te breiden waarbij hij er doelbewust naar streefde het centrale gezag aan de ene kant te vriend, maar aan de andere kant ook zo zwak mogelijk te houden.

In 1001 nam Manfred deel aan de veldtocht van keizer Otto III tegen Benevento. In 1002 werd Manfreds buurman Arduin van Ivrea gekozen tot koning van Italië. Manfred vermeed zorgvuldig om partij te kiezen tussen Arduin en Hendrik II. In 1007 had Manfred echter het kamp van Hendrik II gekozen. Zijn broer werd tot bisschop van Asti benoemd, als vervanger van een aanhanger van Arduin van Ivrea. Toen de aartsbisschop van Milaan zich tegen deze gang van zaken verzette liet Manfred zijn broer door de paus wijden.

Manfred probeerde in 1015 tevergeefs het markgraafschap Ivrea te verwerven, dat hem al in 1001 door Otto III was beloofd. Toen hem dit leek te gaan lukken vonden de andere Italiaanse machthebbers en Hendrik II dat hij zo te machtig zou worden. Na enkele gevechten moest hij zich terugtrekken en probeerde hij zonder succes Ivrea aan Rudolf III van Bourgondië toe te spelen. Uiteindelijk zag Manfred af van Ivrea en verzoende hij zich met de keizer. In 1016 vocht Manfred nog een oorlog uit met hertog Bonifatius van Toscane. Manfred begon Hendrik II steeds meer als een bedreiging te zien. Uit angst voor confiscatie van zijn bezit verkocht hij grote landgoederen uit zijn privébezit (1 miljoen juk, dat is 3500 a 4000 km2!) aan een stroman, een zekere priester Siegfried, maar de keizer liet alle bezittingen en lenen van Manfred ongemoeid. Na het overlijden van Siegfried bleek Manfred zijn erfgenaam te zijn. Na het overlijden van Hendrik was Manfred een tegenstander van de keuze van Koenraad II de Saliër. Samen met andere Italiaanse edelen probeerde hij Franse edelen in de Italiaanse kroon te interesseren, maar uiteindelijk moesten ze toch Koenraad als koning erkennen.

Manfred en zijn vrouw Bertha stichtten samen de kloosters Santa Maria di Caramagna en San Giusto in Susa. Ze herbouwden de Santa Maria Maggiore in Susa en het Petrus en Andreas klooster in Novalesa. Manfred ommuurdde de steden Exilles en Bardonecchia. Manfred werd begraven in de kathedraal van San Giovanni in Turijn.

Manfred was zoon van Manfred I van Turijn en Prangorda van Reggio. Hij trouwde met Bertha van Este (ca. 990 - na 4 november 1037). Manfred en Bertha kregen de volgende kinderen:

Bertha van Este ontdekte in 1037 onderhandelingen tegen Koenraad II, door Odo II van Blois en de aartsbisschop van Milaan. Ze nam hun afgezanten gevangen en stuurde ze na ondervraging naar de keizer. Koenraad kon hierdoor een aantal belangrijke samenzweerders (waaronder drie bisschoppen) verrassen, van hun post ontheffen en naar Duitsland verbannen. Bekende voorouders van Bertha van Este zijn:

 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Adalbert van Milaan
 
 
 
 
 
 
 
Oberto Azzo I van Tortona
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Oberto II van Este
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Bertha van Este
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Olderado
 
 
 
 
 
 
 
Riprandi van Piacenza
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Railinda van Verticilio
 
 
 
 
 
 
 
Railende van Como
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 

Over deze voorouders is het volgende bekend:

  • Oberto II van Este (947 - 1014/1021) volgde in 1000 zijn broer Adalbert II als graaf van Genua, Tortone en Este, en paltsgraaf van Italië. Hij steunde in 1002 Arduin van Ivrea tegen Hendrik II.
  • Oberto Azzo I van Tortona (ca. 915 - 15 oktober 975) was in 951 graaf van Tortona en was een tegenstander van Berengarius II van Italië. Hij moest daarom in 960 naar Otto I de Grote vluchten. Toen Otto Berengarius had verslagen werd Oberto Azzo benoemd tot markgraaf van de oostelijke mark van Italië. Hij was ook voogd van de abdij van Bobbio.
  • Riprandi van Piacenza (ca. 930 - 977)
  • Adalbert van Milaan (geb. ca. 880) was markgraaf van Milaan
  • Railinda van Verticilio (geb. ca. 910) was dochter van Auprando van Verticilio (geb. ca. 890)