Naar inhoud springen

aankomst

Uit WikiWoordenboek
  • aan·komst
enkelvoud meervoud
naamwoord aankomst aankomsten
verkleinwoord aankomstje aankomstjes

de aankomstv

  1. de bestemming bereiken, het aankomen
    • De aankomst van de vluchtelingen was een heel mediaspektakel. 
    • Omdat het mij speet dat mijn aankomst zijn rookpauze had verstoord, en omdat het waar was, zei ik hem, terwijl de taxi zich over het grind van ons verwijderde, dat mijn bagage wel even kon wachten, dat ik een lange reis achter de rug had en dat ik ook wel een sigaret zou lusten. [2] 
  2. de finish
     La Planche heeft niet de mythische uitstraling van de Mont Ventoux, de Tourmalet of de Alpe d’Huez, maar aan de reputatie wordt gewerkt. De vorige aankomsten waren vol betekenis.[3]
  • op zo'n 300 meter van de aankomst
99 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[4]
  1. aankomst op website: Etymologiebank.nl
  2. Pfeiffer, Ilja Leonard
    "Grand Hotel Europa" 2018 ISBN 978-90-295-2622-7 pagina 21
  3. Bronlink Weblink bron
    Rob Gollin
    “De helling van de mooie meisjes knijpt de renner de keel dicht” (10 juli 2019), de Volkskrant
  4. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be