Naar inhoud springen

idealist

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak

Geluid: idealist (hulp, bestand)
IPA: /ideja'lɪst/

Woordafbreking

ide·a·list

Woordherkomst en -opbouw

Afgeleid van ideaal met het achtervoegsel -ist.

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	idealist	idealisten
verkleinwoord	idealistje	idealistjes

Zelfstandig naamwoord

de idealist m

iemand die idealen nastreeft
- Je bent een onverbeterlijke idealist dat je hier woorden zit in te vullen.
(filosofie) aanhanger van het idealisme
- In die ruimte zaten allerlei idealisten.

Vertalingen

1. iemand die idealen nastreeft

Duits: Idealist ^(de) m
Engels: idealist ^(en)

Frans: idéaliste ^(fr) m / v
Spaans: idealista ^(es) m / v

2. (filosofie) aanhanger van het idealisme

Duits: Idealist ^(de) m
Engels: idealist ^(en)

Frans: idéaliste ^(fr) m / v
Spaans: idealista ^(es) m / v

Gangbaarheid

Het woord idealist staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "idealist" herkend door:

99 %	van de Nederlanders;
100 %	van de Vlamingen.^[1]

Verwijzingen

↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be

Engels

Uitspraak

Geluid: idealist (US) (hulp, bestand)

enkelvoud	meervoud
idealist	idealists

Zelfstandig naamwoord

idealist

idealist m.

Overgenomen van "https://nl.wiktionary.org/w/index.php?title=idealist&oldid=4774596"

Verborgen categorieën: