Naar inhoud springen

modemaakster

Uit WikiWoordenboek


  • mo·de·maak·ster
enkelvoud meervoud
naamwoord modemaakster modemaaksters
verkleinwoord

de modemaaksterv [1]

  1. vrouw die vrouwenkleding maakt
     ' Hij vindt het wel een vreemde gang van zaken, maar ziet er geen kwaad in, mede omdat hij ter compensatie gedurende Ralphs afwezigheid hem de jonge, knappe modemaakster wordt aangeboden om op haar te 'passen'.[2]
     Het lijkt het ultieme weer te worden voor de presentatie van een collectie regenmode. Maar dat is niet wat modemaakster Claudia Träumer van Clau-D in petto had voor de modeshows tijdens het Handmade Event. De organisatoren van het voor zaterdag 3 november geplande evenement kijken bezorgd naar de lucht.[3]


  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. “Benjamin Franklin De Kracht van de attractie” (2023), Uitgeverij Davey Jones Publishing, ISBN 9789464496352
  3. Bronlink geraadpleegd op 15 juni 2024 Weblink bron “Organisatoren Handmade Event beducht voor vies herfstweer” (01-11-2012), Tubantia