schreien

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  schreien    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• schrei·en

Woordherkomst en -opbouw

• In de betekenis van ‘huilen’ voor het eerst aangetroffen in 1265 ^{[1] [2]}

Werkwoord

schreien ^[3]

1. (formeel) onovergankelijk ) huilen, wenen

Hyponiemen

• afschreien, beschreien, uitschreien

Afgeleide begrippen

• geschrei, schreier

Vertalingen

Gangbaarheid

• Het woord schreien staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "schreien" herkend door:

Verwijzingen

Duits

Uitspraak

• Geluid:  schreien    (hulp, bestand)
• IPA:

Woordafbreking

• schrei·en

Werkwoord

schreien

1. onovergankelijk brullen, krijsen, schreeuwen